Lied op het huwelijk van stadhouder Willem III met Mary Stuart (1677):
Echt-Basuyn, op het Huwelijck van sijn Konincklijcke Hoogheyt, den Heere Prince van Orangie, met Maria Leadiae Stuaerts, &c. Voys: Sa laet ons Triompheren.
Liefhebbers van Oranje Beminders van ons Land, Sie hier hoe dat Brittanje, Oranje biet de hand, seer galant Seer galand, viva seer galand, ha, ha, Ha, ha, ha, ha, seer galand. Aen ons Prins valjand. Na dat de min Godinne Had langen tijd getracht, Oranjens hert te winnen, Zo heeft sy 't nu volbragt, door haer magt Door hear macht, viva door haer macht, Ha, ha Ha, ha, ha, ha, door haer magt, Is den Helt verkracht. [=overwonnen]
Haer min Godt Cupidootje Met hem te Velde toogh, Daer hy den Vorst een schootje, Schiet uyt sijn minne boogh, van om hoog Van om hoog, viva van om hoogh, ha, ha, Ha, ha, ha, ha, van om hoogh, Met een lachend' Oogh. Dien Helt die noyt en zwichte Voor 't Oorloghs moort Metael, Die voeght hem tot sijn Nichte, Genegen door dees quael, Principael, Principael, viva Principael, ha, ha, Ha, ha, ha, ha, Principael, Dees Princes Royael.
enz.
Uit: Uytertse Hylickmaeckers. [na 1677]
naar dit lied | Oranjelied (H.J.J van Bree)
Ontplooi u, Oranje! O Prinslijke vlag. Wat tuigt gij van moed en van strijd! Wat spreekt gij van menigen bitteren dag, Doorleefd in een bloedigen tijd! Ik staar op uw gloed met een heilig ontzag, Oranje! Oranje, mijn dierbare vlag, Aan u is mijn leven gewijd!
Het geel en het rood schept uw fonklenden gloed, Die helder als 't zonnelicht straalt; Dat geel en dat rood spreekt van vuur en van bloed, Daarmeê werd uw vrijheid betaald. Oranje, gij gaaft onzen vaderen moed, Wat bracht menig held u nog stervend den groet, Waardoor gij in vrijheid nu praalt!
enz.
Uit: Salon des variétés. 48 der meest geliefkoosde coupletten en comique scènes. E & M. Cohen, Arnhem / Nijmegen ca. 1880.
Dit oranjelied wordt gezongen door een vaandeldrager.
naar dit lied |