lied: |   |   |   |
titel: | CATOOTJE |
beginregel: |
Ik ben met mijn Catootje naar de Rozenstraat gegaan. / Zij kon maken wat zij maar zag
|
alle liederen met deze tekst 
|
tekstnorm: | Mijn man kwam door de Lombardstraat En hij kon maken al wat
|
(33 liederen)
|
refrein: | Ik ben met mijn Catootje naar de Rozestraat gegaan. / Zij kon maken wat zij maar zag; Violiene, violiene, riep die violien / Violiene, violiene en mijn zuster heet Marie |
aantal strofen: | 8 |
muziek: |
zonder muzieknotatie |
|
genre: | kinderlied / stapellied (wereldlijk) |
  | |
melodienaam: |
wijsaanduiding: | standaardnaam melodie: | alle liederen op deze melodie | [geen wijsaanduiding] | Jan Hinnerik | (27 liederen) |
|
commentaar:
|
Gespreid refrein. Datering: 1875.
|
recordnummer: | 141560 |
bron: |
siglum: | Wouters VL1943
(1943)
|
titel: | De vrolijke lachduif. Humoristische liederen (Liederen uit de oude doos, VI) |
pagina: |
p97
(liednummer 32) |
|