lied: | | | |
| titel: | EN IK BEN MET MIJN CATOOTJE |
|
beginregel: |
En ik ben met mijn Catootje naar de Rozenstraat geweest / En zij kon maken wat zij zag
|
alle liederen met deze tekst
|
| tekstnorm: | Mijn man kwam door de Lombardstraat En hij kon maken al wat
|
(33 liederen)
|
| refrein: | En ik ben met mijn Catootje naar de Rozestraat geweest / En zij kon maken wat zij zag; Vigoliene, vigoliene, En mijn deern die heet Katrien |
| aantal strofen: | 6 |
| muziek: |
met muzieknotatie |
|
| trefwoord: | Catootje / Katrien / schuiftrompet / trommel / foekepot / basviool / wafelmeid / zeematroos |
| | |
| melodienaam: |
| wijsaanduiding: | standaardnaam melodie: | alle liederen op deze melodie | | [geen wijsaanduiding] | Jan Hinnerik  | (27 liederen) |
|
| commentaar:
|
Gespreid refrein.
De tekst van de verschillende strofen komt grotendeels overeen.
Bronvermelding: Pollmann en Tiggers, Nederlands Volkslied.
|
| recordnummer: | 143061 |
bron: |
| siglum: | Haasnoot PadvindersLb1956
([1955+])
|
| titel: | Padvinders-liederenbundel. 159 liederen, waarvan 68 canons, verzameld door schipper [...] |
|
pagina: |
p98
(liednummer 52) |
|
