lied: |   |   |   |
titel: | LIED VOOR DEN LANDMAN. OP DEN LAATSTEN ZATURDAG VAN DE VEERSCHE KERMIS |
beginregel: |
Hoe schoon daalt ginds de zonne neér, / Hoe vrolyk maakt zy 't hart
|
alle liederen met deze tekst 
|
tekstnorm: | Hoe schoon daalt ginds de zon neer hoe vrolijk maakt zij het
|
(2 liederen)
|
aantal strofen: | 10 |
muziek: |
zonder muzieknotatie |
|
genre: | kermislied (wereldlijk) |
trefwoord: | Veere / Domburg / Grietje / voorbereiding / reis / onderweg zijn / wagen / liefde / mannen en vrouwen / zondag / zee / nat worden / dorpelingen / veldelingen / blijdschap / vrolijkheid / feestvieren / geen onderscheid / geen rangen en standen / terugreis / [erotiek] / stilte |
  | |
melodienaam: |
wijsaanduiding: | standaardnaam melodie: | alle liederen op deze melodie | Hier ligt myn damon in het graf | Hier ligt mijn Damon in het graf | (34 liederen) |
|
|
strofeschema:
|
. . . . . . . .
4A 3B 4A 3B 4C 3D 4C 3D | alle liederen met deze vorm (alle liederen) |
|
verstal:
|
8
|
recordnummer: | 158763 |
bron: |
siglum: | NiZeLb(1)1814
(1814)
|
titel: | NIEUWE ZEEUWSCHE LIEDEBOEK. BYEENVERZAMELD VOOR DE LIEFHEBBERS VAN ZINGEN, TEN EINDE [...] |
pagina: |
p9
(liednummer 5) |
|