Home     Content     Browsing     Search Tips     FAQs     Progress     Disclaimer     Meertens Institute         dutch


Dutch Song Database


Een nieuw vermakelijk MINNELlED

Wijze: Cupido was mijn Admiraal.

Wanneer de zon zijn paarden ment,
Uit 't Oosten Westwaarts op,
En als hij zacht in 't Zuiden rent
Dan zweet er Ydas op.
Dan stilt de loop der rivieren,
Dan waait er geen loover af,
Dan gaan de Nimfjes zwieren
In schaduw van lommer en lof.

't Gebeurde op een middag,
In 't heetste van de zon,
Dat ik mijn dorst te lesschen zag,
Uit beek en koele bron.
Zoo hoorde ik in 't lommer der boomen
Het ruischen van een fontijn,
Ik spoedde mij naar de stroomen,
Daar vond ik een Nimfje van mijn.

Die zat daar met haarleden naakt
Te spoelen in den vloed,
Het scheen zij was in slaap geraakt
Dat deed mij nog zoo goed.
Want een Diaan geleek ze,
Of een Acrion,
'k Bleef stilstaan, en bekeek ze
Veel vreugde dat ik bevon.

Daar zag ik aan haar goudgeel haar
Hetgeen schoon krullend was,
Haar voorhoofd als een pronkaltaar
Zoo wit als van albast.
Haar neusje zoo net besneden,
Haar mondje zoo blozend rood,
Haar kaakjes en andere leden,
Die maakten mij levendig dood.

Nu zag ik dat godinnetje,
Van lid tot lid zoo malsch,
Haar fraai gekloofde kinnetje,
Haar poezele blanke hals.
Toen zag ik nog wat lager,
Ik was er tot kijken gezind,
Mijn lustjes die werden nog grager
Ik werd door 't kijken schier blind.

En toen ik op haar boezem zag,
Twee knikkertjes wit en bol,
Doorstraalt met blauwe adertjes, ach
Met melk en honig vol.
Haar tepeltjes rood koralig,
Daar druipt een nectar uit,
O Goden wie is er zoo zalig,
't Genieten van zulk een Bruid?

Mijn oog, dat mij tot minnen dreef,
Dat zag haar buikje aan,
En daalde naar den midden scheel
Daar zag ik nog wat staan.
Dat was, ik durf het niet zeggen,
En 't zingen is te gemeen,
Ik ging wat bij haar leggen,
Toen ontwaakte zij naar het scheen.

Maar ik omhelsde haar terstond,
En greep haar in mijn arm
Ik kuste haar lieve rozenmond,
En Cupido blies alarm;
Haar bruine oogjes die lonken,
En zagen mij vriendelijk aan,
En deden mijn liefde ontvonken,
Een zuchtje heeft zij gedaan.

Liederenboekje - Bevattende oude Liedjes en Voordrachten voor alle gelegenheden
[1900 ca.]
Amsterdam MI: 3978 Gesloten kast B 24
p7

Gecorrigeerde OCR van bron (MdB, 2017).