|
|
De eersten sondach inden aduent, Hymmen ter vespertijt Condito alme siderum, gemaeckt door S. Ambrosius
Scepper van alle hemelen ewich licht der gelouigen Christe verlosser van ons al verhoort die roepen vuijt den dal
Zijnde bedroeft met ons verdriet dat die doet sou brengen tot niet de werelt kranck, ghij hebt verlost oock den sondaren hulp becost
Want soo de werrelt ginck ten endt sijt ghij als buijgom excellent die coempt vuijt sijn slaepcamer pleijn geboren van een maechde reijn
Voor v macht starck, buijcht alle knie themels, en aerts, al wat men sie met al wat is gescapen wis Tuijcht dat v onderworpen is
V wij aenbidden heere groet Toecomend rechter nae die doot wilt ons bewaren in dit wijl vanden menedich viandts pijl
Loff, eer, cracht, en glorij, gelijck sij godt den vader ewelijck met den soen ende heijlich geest t'allen tijt sonder endt geweest Amen | |
|
Enige hymnen en lofzangen (Utrechtse liedbundel van 1582)
|
1582
|
Utrecht UB: 1338 (5 M 23) |
p30 |
|
Johan Oosterman, naar bron, diplomatisch (niet gecontroleerd) |
|