Home     Content     Browsing     Search Tips     FAQs     Progress     Disclaimer     Meertens Institute         dutch


Dutch Song Database


[begin ontbreekt]

[...]
Och Vrouwken dan,
Hebt ghy gheen Man,
De Koe waegh ick daer an.

Dat Vrouken docht in haren zin,
De Klock is noch voor tiene,
Ick wil den Boerman nemen in,
De Koe wil ick verdiene:
Ons en sal niet misschiene,
Want niemant kan het ziene,
Dus lat er ons zingen en vrolijck zijn
Drincken de koele Wijn.

's Nachts ontrent de middernacht
Dat Vrouken sprack van scheyden,
De Boer heeft het niet veel geacht
Hy wou noch langer beyden:
Of mijnen Man t'huys quame,
Hy soud' ons beyde beschame,
Hy en is niet wijdt,
Op een ander tijdt,
Sal ick u doen bescheyt.

Die boer die was syn koetje quijt
En hy gingh sijn hoofje klouwe,
Het was voor hem een groote spijt
En 't deed' hem grooten rouwe:
Hy ginck al voor haer Deure:
De Koe die stondt daer veure,
En daer stont Jan, Haer eygen man,
De boer die sprack hem an.

De Boer had een leugen bedoght,
Hy sprack al sonder falen,
Ick heb u Vrou een Koe verkoght,
Wilt ghyse my betalen?
De Man sprack daer beneven,
Te dier hebt ghyse ghegheven,
Sy staet in mijn zin, Al vry wat min
Nu drijftse wederom.

De Boer nam 't koetje by het tou
En hy dreeft aen geen groen Heyde,
En isse jou niet vet genoegh,
Ick salse vetter weyden:
De Boer begon te singen,
De Koe begon te springen:
En nu heb ick de Koe,
En de Kroon deer toe,
Danck heb de schoone Waerdin.

Dat Vroutje docht in haren zin,
Nu is het heel van 't Vercken:
Wie sal ick klagen mijnen noodt,
Mijn Man die sal het mercken:
De Boer heeft my bedrogen,
De Koe is my ontvlogen,
En de lompen Loer,
En de loosen Boer,
Die maeckt van my een Hoer.

't Dubbelt verbetert Amsterdamse Liedboeck waer in begrepen zijn veelderley oude Liedekens, alsmede het Nieu Amsterdams Lied-boek, voor Vryers en Vrysters seer genoeghlijck
[1639+]
olim Berlin Preuss. Staatsbibliothek Zf 7788R (verloren gegaan)
f31

Gecorrigeerde OCR (waarschijnlijk niet foutloos) van de matige fotokopie in het Meertens Instituut van het afschrift gemaakt door W. Heiske in Freiburg, in de jaren 1930, naar het origineel, dat sindsdien verloren ging.