|
|
7 NERO MOORDADICH uit: Een nieu Geusen Lieden-Boecxken (1588) melodie naar de Amsterdamsche Pegasus (1627) en Vreedmans Nova longeque elegantissima cithara Iudenda carmina (1568)
Op 10 juli 1584 werd de Prins van Oranje vermoord door Balthasar Geeraerdts. De moordenaar wordt in het nu volgende lied een Nero en een Judas genoemd. De Staten van Holland besloten in overleg met de andere provinciƫn de Prins een staatsbegrafenis te geven. In het lied wordt de lijkstoet nauwkeurig beschreven: eerst komen de schutters van Delft, dan de dienaars van de prins: lakeien, pages, trompetters enz. Daarna komen de wapens van zijn bezittingen; elk wapen wordt gedragen door een paard en komt ook nog eens op een banier voor. Hierop volgen andere attributen, zoals de standaard, het zwaard, de wapenrok en het paard van de overleden prins. De kist wordt gevolgd door Prins Maurits en andere vorsten, edelen en de staten. De beroemde kunstenaar Hendrick Goltzius maakte een gravure van de stoet, die tot in details overeenstemt met het lied Nero moordadich.
Een nieu Liedeken op de doot ende begraeffenisse van zijne Excellentie, Hoochlooflicker Memorien. Nae de wijse, Era de Majo.
Nero moordadich Sijt ghy noch int leven? Judas verradich Wat hebt ghy nu bedreven? NASSOV tEdele bloet Hebt ghy doen sneven, Die ons de Heere goet Hadde ghegheven.
PRINS fier van moede, U Ghemeente (*1) u beclaghen, Edel van bloede, Tsal u vyandt ghewaghen. Dat ghy door moorders daet Nu zijt verslaghen. O boosen Spaenschen Raedt, Het zijn u laghen (*2).
Tjaer vier-en-tachtich, Den Thienden July eylacy, Vermoort waerachtich, Die Heer die geef ons gracy, Te Delff binnen der stee Met grooter stacy, Begroefmen hem met vree Van alle Nacy.
Goe accordanci Naer Edelheyts hanteren, Met ordonnanci (*3) Sachmen Schutters passeren: De Dienaers quamen daer na Van al de Heeren, Men sach vroech ende sprae Seer Lamenteren.
Lackaeyen, Pagien. Off icieren by namen, Met droeve coragie Volchden alle te samen, D'Edele van zijn huys Oock daer na quamen, Den Raedt sonder ghedruys Sachmen versamen.
Trompetters weemoedich: En daer na om sien deerlijck Sachmen seer goedich Een Paert bereyt, seer eerlijck Gheleedt van Schoten wijdt Daer toe begheerlijck, Het Wapen droecht subijt van BREDA heerlijck.
Die eerste Baniere Van Breda vol vromen, Met goede maniere Is doen daer voorts ghecomen, Den Heer van Dircxlandt Heeftmen vernomen Met t'Standaert in zijn handt Al sonder romen
Sonder cesseren Een Paert ghedeckt alsvoren Al vander VEERE Droecht'het Wapen vercoren, Roulles en Delfft vry Soo ghy meucht hooren, Leydtsluyden waren sy Al sonder thoren,
Met droeven sinnen Die Baniere seer crachtich Sachmen in minnen Dragende wel bedachtich Van Egmont de Heer Met sinnen sachtich: O Burghers vander Veer Sijt nu toch clachtich.
Van CHALON t'Wapen Heeft t'ander Paert ghedraghen, Men sacht verknapen (*4) Doestrum en Sprangen verslagen T'Banier van Chalon fier Jent (*5) int behaghen Boetslaer met soet bestier Diemen daer saghen.
Ter selver stonden Soo quam daer voorts gereden Seer jent ghebonden Na die voorgaende zeden t'Wapen van DIEST rosier, En diet Paert leede Was Rosue goedertier Floris Serclais mede.
(*1) volk (*2) valstrikken (*3) regeling (*4) leiden (*5) mooi | |
|
Camerata Trajectina (artiest),
Willem van Oranje: geuzenliederen / Geuzenliederen rond Willem van Oranje. NKV 8403, Clavigram 6818.260
|
1984
|
|
1: 7 |
|
|
|