|
|
|
[6] KOLIJN, EEN BRAVE BOERENZOON
De fiere schoone
Kolijn, een brave boerenzoon,
Het puikje van de dorpelingen,
Arbeidzaam, welgemaakt en schoon,
Dorst naar Lisette's hand te dingen,
Het meisje, schoon maar een boerin,
Had echter soms de stad bekeken,
En hierdoor was haar hart en zin
Van veld en kudde gans geweken.
"Neen," sprak de fiere, "zeker neen,
Geen boer zal ooit mijn hart verwinnen!"
Kolijn ging nu gramstorig heen,
En ging de zachte Filis minnen.
Nu dorst geen enk'le boer aan haar
Te denken, noch veel min te vragen;
Zij wachtte dus van jaar tot jaar,
Daar ook geen steêman op kwam dagen.
Thans is zij veertig jaren oud,
Haar schoon gelaat is nu bezweken,
En 't meeste wat haar bezig houdt,
Is kwaad van jongeliên te spreken;
Zij gloeit van spijt en felle smart,
Nu zij Kolijns geluk hoort roemen,
Daar zij in stilte in haar hart,
Zich om haar dwaasheid zelf moet doemen.
O, meisjes, zijt gij graag getrouwd,
Laat u Lisette een voorbeeld wezen,
Dat g' op geen dwaze hoop vertrouwt,
Wijl gij dan ook haar lot moet vrezen;
Als u een brave jongen vraagt,
Laat hem dan ook uw hand verwerven,
Dewijl gij anders licht'lijk waagt,
Als oude vrijster ook te sterven.
Datum opname: 17 november 2003
Zang: Nico van der Meel
Muziek: Louis Grijp (gitaar)
Tekst: lied uit 1802, onder meer verschenen in de Volksliedjes, uitgegeven door de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen van 1817. Hier uit het liedboekje Eedle wijn! met 27 liedjes, 19e/20e eeuw (Moormann C154-011).
Melodie: zoals in M.A. Brandts Buys 'Gezelschapsliederen' (Leiden, 1875). Afkomstig van het lied 'Femmes, voulez-vous éprouver' uit de opera Le Secret (1796), geschreven door F.B. Hoffmann en gecomponeerd door J.P. Solié.
| |
|
|
Fosko, Bob (artiest),
Meel, Nico van der (artiest),
Grootel, Suze van [e.a.] (artiest),
De kist van Pierlala: straatliederen uit het geheugen van Nederland. GLO 6057
|
|
2004
|
|
| 1: 6 |
|
|
|
