Home     Content     Browsing     Search Tips     FAQs     Progress     Disclaimer     Meertens Institute         dutch


Dutch Song Database


[10] IN HET STILLE KLOOSTER

In 't zwarte Klooster

Zachtjes klinkt het avondklokje,
Alles keert ter ruste weer,
Vogelen zingen treurige liederen,
't Zonlicht daalt in 't Westen neer.

Achter in het stille klooster,
Zusters in hun zwarte dracht,
Zij verplegen daar de lijders,
Die gewond zijn aangebracht.

Beide deuren staan wijd open,
En een zuster treedt er in,
Met een jongeling in haar armen,
Die nooit weer ten strijde ging.

Beide benen afgeschoten
En daarbij een rechterhand,
Want hij had zo trouw gestreden,
Voor zijn eer en vaderland.

Achter in het stille klooster,
Klopt een droeve moeder aan,
Ligt mijn zoon hier zwaar gewonden,
'k Zou zo gaarne tot hem gaan.

Arme moeder! Sprak de zuster,
Uwe zoon, hij leeft niet meer,
Al zijn lijden is geleden,
Hij stierf voor zijn land en eer.

Bij het ziekbed aangekomen,
Nam zij 't witte doodskleed af,
En in tranen stort zij neder,
Delf voor hem en mij een graf.

Op het kerkhof ligt begraven,
Ene moeder en haar zoon,
En nu strijden zij voor eeuwig,
Ja voor eeuwig voor Gods troon.

Datum opname: 18 november 2003
Zang: Bennie Huisman
Muziek: Bennie Huisman (accordeon), Bouke Feleus (contrabas)
Tekst: vertaling van 'Leise t?nt die Abendglocke' (1870), onder meer op een Liederencourant van roze papier met 15 liedjes: Uit den oude doos, 1925 (Meertens 30804-001).
Melodie: naar D. Wouters & J. Moormann, 'Het straatlied' (Amsterdam, 1933).



Fosko, Bob (artiest), Meel, Nico van der (artiest), Grootel, Suze van [e.a.] (artiest), De kist van Pierlala: straatliederen uit het geheugen van Nederland. GLO 6057
2004
1: 10