Home     Grasduinen     Over     Zoektips     FAQs     Disclaimer     Meertens Instituut         english

Nederlandse Liederenbank


[7] S. Thomas van Aquinen,
den Engelschen (1) Leeraer. (G. de Swaen)
7. Meert.

Sint Thomas (1225-1274) was afkomstig uit Aquino in Italiƫ. Hij was dominicaner monnik en werd na vele studeren hoogleraar in de godgeleerdheid te Parijs. Thomas was de vorst van de scholastiek en schreef honderd werken.
Zijn moeder en zijn broers waren er tegen geweest dat Thomas monnik werd. Toen niets hielp om hem van zijn voornemen af te brengen stuurden ze een prostituƩ op hem af. Maar Thomas nam een stok en joeg haar weg. Uitgeput viel hij voor het kruis des Heren neer en toen verschenen hem Gods engelen, die hem een kuisheidsgordel omdeden. Zo had hij nooit meer last van vuile gedachten en kon hij zich goed op zijn studie concentreren. Sint Thomas is de heilige van universiteiten, boekhandelaren, potloodfabrikanten en computers.

Stem: Ach! schoonste Nymph; aensiet een machtigh &c .

Al' wie begeert sichselven te begeven,
Tot Geestelijcken Staet,
All' wie begeert in suyverheyd te leven
Na Jesu Christi raed:
Laet die sijn oogh,
Sijn hart, en all' sijn sinnen
Op Thomas van Aquinen slaen,
Die groot' victori heeft begaen
Van Venus minne.

Sijn Moeder wou van Godes dienst beletten
Sint Thomam, haren Soon.
Sijn Broeders de'en Hem onderweeghs vast setten;
Waer Hy vocht om de kroon.
't Was sonder vrucht, 't was wind al 't geen sy seyden;
Hy was niet wanckelbaer als riet;
Sy konnen Hem verwinnen niet,
Hoe dat s'Hem vleyden.

Doen is tot Hem een vuyle Pry (2) gesonden,
Een vuyle Venus-Vrouw;
Om dat sy 't hart van Thomas sou doorwonden;
Maer Thomas bleef God trouw.
Hy nam een stock, een stock die helder branden,
Met die verdreef Hy dese Pry;
Hy raeckten van onkuysheyd vry,
En vry van schanden.

Als Thomas dus manhaftich had gestreden,
Soo danckten Hy den Heer:
En drough Hem op sijn hart, en al sijn leden,
Hy viel voor 't Kruys ter ne'er.
en siet eens aen, als Thomas lagh in 't droomen,
Soo zyn uyt 's Hemels gulde zael,
Goods Eng'len met een groote prael,
Tot Hem gekomen.

Hy voelden dat Goods Eng'len Hem omgorden
Met eenen starcke band,
Met eene band, die hiel sijn le'en in orden,
Die blusten Venus brand:
Soo dat Hy noyt heeft een'ge vuyl' gedachten
Gevoelt gehad na dese tijd;
Hy was een Held in alle strijd;
Hy d'Hell' belachten.

Gewaerdight ne'er, Sint Thoma! uwe oogen
Te slaen op dese aerd':
Ey! bidt dat wy, niet worden oyt bedrogen,
Sint Thoma! ons bewaert.
Och of door U, victory wy verkregen!
Wy, die tot U met hart en sin,
Wy, die tot U met suyv're min,
Zijn gantsch genegen.

(uit de Singende Swaen)

(1) engelachtige (2) sloerie, hoer

Camerata Trajectina (artiest), Zingende zwanen: heiligenliederen uit de Gouden Eeuw [van] Jan Baptist Stalpart van der Wiele en Guillelmus de Swaen. GLO 6053
2001
1: 7