|
|
4. FOY U, DORTSCHE SYNODE!
Een krachtige remonstrantse reaktie op de Dordtse Synode: foei! Protest achteraf tegen de gevolgde procedure: er was onder meer een dispuut beloofd, maar dat is achterwege gebleven.
Liedeken Voys: Ick en ben niet als de pluyme
Foy u, Dortsche Synode! Foy, Moeder van elendt! Foy u, dat ghy soo snode Gods Kercke hebt gheschent! Door u procedueren vals, Overloopen van veel gals (*1), Brochtet ghy Gods Kerck om hals.
Men had den Remonstranten Belooft een vry gheleyt, Den vromen Predicanten Een dispuyt toegheseyt. Maer men heeft de Trouw' ghequest Te Dort sloeghmens' in arrest, Het dispuyt was buyten west.
Men ginck haer condemneeren (*2) Sonder eenich dispuyt, Teghens Trou d'een de Heeren Haer voerent' Lantwaert uyt; In wat Kerrick, in wat Ryck Hoorde men oyt desghelyck? Foy Kerck, foy Republyck!
Daerom myn lieve schaepen, Laet u vervoeren niet Van dese boose knaepen, Haer leugens altyt vliet. Maer bemint de waerheyt claer, Verblyt u als ghy lydt om haer, Ende volcht haer altyt naer.
(*1): door uw woede. Bekend is de woedeuitbarsting van voorzitter Bogerman, 14 jan. 1619 (*2): veroordelen.
Uit: Lachrymae Lachrymarum, dat is, Traenen der traenen, ghestort over de doot des Edele Heer Johan van Oldenbarnevelt. Pamflet, 1620.
| |
|
Camerata Trajectina (artiest),
Bavianen en Slijkgeuzen: Liederen van Remonstranten en Contra-Remonstranten. GLO 6031
|
1995
|
|
1: 4 |
|
|
|