Home     Grasduinen     Over     Zoektips     FAQs     Disclaimer     Meertens Instituut         english

Nederlandse Liederenbank


23. DEN GEUSEN HAES-OP UYT CALLOY (1638)
Een debacle voor het Staatse leger was de expeditie van Frederik Hendriks neef Willem van Nassau naar het plaatsje Kallo aan de Schelde, waarlangs Frederik Hendrik Antwerpen hoopte te kunnen naderen (1638). Men veroverde enkele schansen, maar de Spaanse veldheer, de markies van Sfondrato, wist Willem terug te drijven, waarbij vele doden vielen en tenslotte 2400 man krijgsgevangen werd genomen.

Nieu Kluchtigh Liedeken van den Geusen Haes-op (*1) uyt Calloy

De Geusen, de Geusen
En die boose Fransen, boose Fransen (*2),
Sy quamen met veel schepen aen
Om in Calloy te dansen.
Hebbense dat ghedaen? Doense, doense (*3),
Hebbense ghedaen? Geus neef comt aen.

Graaf Willem, Graaf Willem,
Die vont een Maesgat (*4) open, Maesgat open,
Maer hy is gelijck eenen dief
Soo stil daer in ghekropen.
Hebbense dat ghedaen, enz.

De Marie, de Marie
En de Peirel schranse, Peirel schranse (*5),
Sy nooden Graef Willem oock te gast
Om daer te comen dansen.
Hebbense dat ghedaen, enz.

Dat groot Bancket, dat groot bancket
Heeft hun moeten lucken, moeten lucken,
Maer doen den dans was uyt-ghedanst,
De keersen moeten sy snutten (*6).
Hebbense dat ghedaen, enz.

Graef Willem, Graef Willem
Was op den wech ons komen, ons komen,
Maer hy passeerden eenen dijck
Daer verloor hy sijnen sone (*7).
Hebbense dat ghedaen, enz.

De Peirel, de Peirel,
Sy had van hem vernomen, hem vernomen,
Met bommen ende grof gheschut
Hieten sy hem wille comen.
Hebbense dat ghedaen, enz.

Syn keucken schip (*8), syn keucken schip,
Dat isser oock ghebleven, oock ghebleven,
En dry-en-tachentigh schepen daer by
Van de schoonste uyt-ghelesen.
Hebbense dat ghedaen, enz.

Met schande, met schande
Moest hy Calloy verlaten, Calloy verlaten,
Maer hy was vervaert van het gheschiet
En die vierighe granaten.
Hebbense dat ghedaen, enz.

Syn volck, syn volck,
Dat heeft hy al verlaten, al verlaten,
Hy nam sijn vlucht den Doel-waert in
En hoe moeten die Geusen praten.
Hebbense dat ghedaen, enz.

Met oorlof, met oorlof,
Bidt Godt tot allen tijden, t'allen tijden,
Als dat hy ons met vromicheyde (*9)
Van de ketters wilt bevrijden.
Hebbense dat ghedaen, enz.

(*1): overhaaste vlucht
(*2): behalve Hollanders, Schotten, Duitsers en Walen waren er ook Franse ruiters bij de expeditie betrokken
(*3): ja, ze doen het
(*4): luchtgat in een schuur; hier een eilandje in de Schelde en slikken, waarover de Staatsen uren moesten lopen
(*5): de Marie en Peirel zijn schansen bij Kallo
(*6): snuiten
(*7): Willems zoon Maurits sneuvelde
(*8): keukenboot, waarin voor de vloot gekookt werd
(*9): krachtdadig

Uit: liedblad in de Universiteitsbibliotheek te Gent.

Camerata Trajectina (artiest), Ensemble Oltremontano (artiest), De vrede van M?nster: politieke muziek uit de 80-jarige Oorlog. GLO 6048
1998
1: 23