lied: |   |   |   |
auteur: | |
titel: | Een Nieuw Lied, of droevig beklag, van Martinus Kramer, over de Schrikkelijke felle Moord, die hy heeft bedreven aan zijn eygen Vrouw binnen Amsterden, op den 23 Mey 1722 |
beginregel: |
Ach! dwazen Mensch waar zijn geweest mijn zinnen / Ach! valsche Zatan hoe ben ik misleyd?
|
alle liederen met deze tekst 
|
tekstnorm: | Ach dwaze mens waar zijn geweest mijn zinnen Ach valse Satan hoe ben ik misleid
|
(1 lied)
|
aantal strofen: | 9 |
muziek: |
zonder muzieknotatie |
|
genre: | moordlied (wereldlijk) |
trefwoord: | Amsterdam / Satan / Martinus Kramer / 23 mei 1722 / stadhuis / moord / moordenaar / gevangen / straf / boete / zonden overdenken / spijt / inkeer |
  | |
melodienaam: |
wijsaanduiding: | standaardnaam melodie: | alle liederen op deze melodie | Al wat men doet men kan geen Juffers winnen | Sarabande Al wat men doet | (152 liederen) |
|
|
strofeschema:
|
. . . . . . . .
5a 5B 5a 5B 2c 2c 3D 3D | alle liederen met deze vorm (alle liederen) |
|
verstal:
|
8
|
commentaar:
|
Onder het lied staat een moralistisch gedichtje dat ondertekend is door P. de Vos, onduidelijk of dit ook de auteur van het lied is.
|
recordnummer: | 185014 |
bron: |
siglum: | NiSchGenever1770
(1770)
|
titel: | De nieuwe Schiedamze genever-stoker Zijnde vercierd met d'allernieuwste en [...] |
pagina: |
p63
(liednummer 40) |
beschikbaar: | scan van de gehele bron (books.google.nl) scan van de gehele bron (books.google.nl) scan van de gehele bron (books.google.nl) |
|