Home     Grasduinen     Over     Zoektips     FAQs     Disclaimer     Meertens Instituut         english

Nederlandse Liederenbank


EEN NIEUW KLUCHTIG LIED, GESCHIED TOT ANTWERPEN VAN EEN KWEZEL, EN EEN HOUTE MAN
Stem, Zonneslagers staat hier bij

Lieve vrinden blijft wat staan,
Hoort een rare klucht zingen,
Flin flon ta ra ri ta ton,
Hoe een Kwezel is vergaan,
Tot Antwerpen kortelinge,
Flin flon ta ra ri ta ton,
Het kwezel zijn haar betrouwd,
Zij hadden gaarne getrouwd,
Lan toure loure la tan tan toure loure la.

Maar niemand vraagden dat haar,
Dat deden haar veel tranen leeken,
Flin flon ta ra ri ta ton,
Om te zijn uit het bezwaar,
Gink eenen Beeldsnijder spreken,
Flin flon ta ra ri ta ton,
En zij sprak dan onbekoud,
Maakt mij een man van hout,
Lan toure loure la tan tan toure loure la.

Maakt hem schoon en net van leen,
En van aangezicht wel egale,
Flin flon ta ra ri ta ton,
Van licht hout 'k zal u te vreen,
Stellen ende wel betalen,
Flin flon ta ra ri ta ton,
Brengt hem thuis des avonds laat,
Dat men 't niet ziet op straat,
Lan toure loure la tan tan toure loure la.

Den Beeldsnijder sprak 't is wel,
'k Zal hem Saturdag thuis brengen,
Flin flon ta ra ri ta ton,
Schoon als een jonggezel,
De Kwezel begost te zingen,
Flin flon ta ra ri ta ton,
Schoon dat ik niet ben getrouwd,
'k Zal krijgen een man van hout,
Lan toure loure la tan tan toure loure la.

Den meester bracht den man thuis,
't Kwezelken begost te roeper,,
Flin flon ta ra ri ta ton,
St. Maria zonder abuis,
Warmt voor mijn man veel doeke,
Flin flon ta ra ri ta ton,
Om zijn voetjes wel te broen,
Ook een hembd en muts aan doen,
Lan toure loure la tan tan toure loure la.

En legt hem dan in mijn bed,
Op dat ik bij hem gaan leggen,
Flin flon ta ra ri ta ton,
Ik heb ook een man zeer net,
Die mij niet en zal bedriegen
Flin flon ta ra ri ta ton,
't Meisken dee dat menig keer
En lagt met den kwezel teer,
Lan toure Joure la tan tan toure loure la.

't Meiske had een broer zeer schoon,
Zij ging hem deze klucht zeggen,
Flin flon ta ra ri ta ton,
Hij sprak wilt de hout Persoon,
Branden en ook aan 't vier leggen,
Flin flon ta ra ri ta ton,
En ik zal mij al zoo net,
Leggen in het kwezels bed,
Lan toure Joure la tan tan toure loure la.

Met den houten man zijn hembd,
En slaapmutseken zeer zoete,
Flin flon ta ra ri ta ton,
Dan Bunselt ook pertinent,
Met warme doeken mijn voete,
Flin flon ta ra ri ta ton,
Zij dede dat proper en net,
Leit hem in de kwezels bed.
Lan toure loure la tan tan toure loure la.

Het kwezel kwam laat thuis,
En zij hadde wat gedronke,
Flin flon ta ra ri ta ton,
Zij ging slapen lustig buis,
En zij begost te ronken,
Flin flon ta ra ri ta ton,
Maar omtrent des middernacht,
't Kwezelken op haar man dacht,
Lan toure loure la tan tan toure loure la.

Zij stak naar hem uit haar hand,
Haar hart begon te beven,
Flin flon ta ra ri ta ton,
En zij sprak mijn houte man,
't Schijnt dat gij begint te leven,
Flin flon ta ra ri ta ton,
En doen sprak dat jonggezel,
Maseurken gaat dat niet wel,
Lan toure loure la tan tan toure loure la.

Zij sprak ja mijn man van hout,
Zijt gij van het hout verreze,
Flin flon ta ra ri ta ton,
Gij en zijt niet meer zoo koud,
Gij moet mijn Echte man wezen,
Flin flon ta ra ri ta ton,
Daar mede was zij content,
En zij trouwden pertinent,
Lan toure loure la tan tan toure loure la.

Daar mee kreeg hij kwezels doet,
En het kwezelken was blijen,
Flin flon ta ra ri ta ton,
Dan sprak zij Liefsten man zoet,
Voorwaar ik ben nu uit lijen,
Flin flon ta ra ri ta ton,
'k Heb in plaats van een klomp hout,
Een levend Jonkman getrouwd:
Lan toure loure la tan tan toure loure la.

Riemsdijk, G.A. (editeur), De Vrolijke Kramer met Klijn Jans Pleizierig en Vermakelijk Mars-dragend HondjeBESTAANDE IN DE AANGENAAMSTE GEZANGEN OP DE NIEUWSTE EN HEDENDAAGSCHE VOOISEN OP NIEUWS OVERZIEN VERBETERD EN VERMEERDERD MET VERSCHEIDE NIEUWE LIEDEREN
1946
Amsterdam MI: 3978 Gesloten Kast: B 8
p71

Tekst door OCR; gecorrigeerd, maar mogelijk niet foutloos