|
|
|
TREUR LIED, OP DE SCHADE EN ONGELUKKEN DIE 'ER DOOR HET ONWEER IN DUITSCHLAND EN HOLLAND ZIJN GEWEEST
Stem: รด Waereld vol van overdaad
Wie moet niet treuren om dees staat,
Die wij nu weer beleven,
Bedroefd en desolaat:
Want men ziet hoe Gods hand
Bezocht heeft weer het Land,
Ja, schier aan alle kant.
Ja, schier aan alle kant.
Een bang en vreeselijk Onweer
Heeft hij weer neer doen storten,
Ons God en Opper-Heer;
Waar van het Duitsche Rijk
Kan geven vaste blijk,
Aan jong, oud, arm of rijk.
Aan jong, oud, arm of rijk.
Te Clausthal zag men door de brand,
Honderd tnegentig huizen
En vier, raken van kant,
In maar zes uren tijd:
Ramp! droeve spijt!
Die zoo zijn goed raakt kwijt.
Die zoo zijn goed raakt kwijt.
De donder sloeg te Wiserschlicht
In een kerk daar ter neder,
Waar door het Levens-Licht
Wierd van een man verdoofd,
En gantschelijk beroofd:
Mensch! dit vrij gelooft.
Mensch! dit vrij gelooft.
Te Tell sloeg ook de donder neer,
En ging een Vrouw verpletten,
Die ging na 't huis des Heer;
Het plaatsje Zellerfeld
Is door 't Onweers geweld,
In Asch ter neer geveld.
In Asch ter neer geveld.
Tot Zwol is mee dit weer geweest
Ging twee huizen vernielen;
De donder heel bevreesd
Die sloeg een Zwaar stuk Lood,
Veel honderd ponden groot,
Vier huizen veer, wat nood.
Vier huizen veer, wat nood.
Meest al de Glazen zo men hoort
Zijn door de Hagelsteenen
Vernield tot Amersfoort;
En ieder steen die waar
Zoo groot en ook zoo zwaar
Als Duiven-Eieren daar.
Als Duiven-Eieren daar.
Te Goor in Twent zijn in het veld
Veel beesten doodgeslagen:
En noch meer droef ellend,
Dat nauw te schrijven is;
Het onweer voor gewis
Maakte veel droevenis.
Maakte veel droevenis.
Dat God ons dagelijks kastijdt,
Mensch! dat 's om ons zonden,
Die men bedrijft dees tijd;
Daarom, eer 't is te laat,
Bekeerd u, vliet het kwaad,
Eer God u vorder staat.
Eer God u vorder staat. | |
|
|
Riemsdijk, G.A. (editeur),
De Vrolijke Kramer met Klijn Jans Pleizierig en Vermakelijk Mars-dragend HondjeBESTAANDE IN DE AANGENAAMSTE GEZANGEN OP DE NIEUWSTE EN HEDENDAAGSCHE VOOISEN OP NIEUWS OVERZIEN VERBETERD EN VERMEERDERD MET VERSCHEIDE NIEUWE LIEDEREN
|
|
1946
|
| Amsterdam MI: 3978 Gesloten Kast: B 8 |
| p111 |
|
| Tekst door OCR; gecorrigeerd, maar mogelijk niet foutloos |
|
