|
|
[20] EEN HERDERINNE ZOET
Lied van een afgewezen minnaar. Zijn ex-geliefde, een prachtige vrouw, bleek hem ontrouw. De hemel zij gedankt dat die hem heeft behoed voor een verbintenis met zo'n ontuchtig wijf. De melodie waarop dit lied wordt gezongen, stamt uit Italiƫ. Het is 'Dimmi donna crudel quest'e l'amor', een driestemmige canzone napolitana.
Een nieuw liedeken. Stem: Om een die ik bemin, leef ik in &c.
Een herderinne zoet Had ik verkooren, Daar ik nu af gaan moet. 't Was al verlooren, Want ik en kan haar in 't minste niet bewegen. Al wat ik zey, 't was niet, Zy zey: "Jonkman, dog vlied, Want gy behaagd mijn niet. Gaat uwer wegen."
Ik die voor dezen had Haar gunst genoten, Ben nu geheel onwaard Van haar verstooten. Al wat ik zey, zy wil my niet meer hooren. Is dit u trouwe min, Zeg ontrouwe herderin, Die my scheen in 't begin Te zijn gezwooren?
Volmaakt is zy in als Aan haar lighame; Haar hert scheen nimmer vals, Maar aangename. Wie zou der in de wereld konnen wezen, Die daar oyt zeggen kon, Dat hy op aarden von Zo een volmaakte zon, Gelijk als dezen?
Maar hemel, wat geluk Komt gy my toonen, Dat ik nog blijf uyt druk, En wild verschoone Dat trouw met ontrouw niet en is vereenet. Dat gy de valsche pry (*1) Gehouden hebt van my, Daarom zo moet ook dy Dank zy verleenet.
Daar is ter wereld geen meerder pijn, Dan vriend te scheynen, en vyand te zijn. 't Hangt aan Gods zegen
(*1): ontuchtige kreng | |
|
Camerata Trajectina (artiest),
Het Maassluise Hoekertje: liederen uit de Gouden Eeuw van Maassluis. GLO 5258
|
2014
|
|
1: 20 |
|
|
|